Dijkwachters ontdekken stukgereden dijk bij Kampen
Afgelopen zaterdag werden dijkwachters van Waterschap Drents Overijsselse Delta tijdens hun training geconfronteerd met een kapot gereden stuk IJsseldijk bij Kampen. De vrijwillige dijkwachters troffen over een lengte van twee kilometer diepe rijsporen aan in de grasbekleding aan de binnenzijde van de dijk, soms wel tot 25 centimeter diep. Door de regen en sneeuw van de afgelopen dagen is de bovenlaag van de dijk zacht geworden, waardoor makkelijk schade ontstaat door over de dijk te rijden, oftewel ‘spoorvorming’ in waterschapsjargon.
Hoofd van de dijkwachtorganisatie, Freddie Schutte, reageert op het incident: “Onze dijkwachters waren toch wel onthutst bij het zien van de schade. Als vrijwilliger train je om bewoners te beschermen tegen overstromingen of wateroverlast en dan vernielt iemand anders uit baldadigheid een stuk dijk. We vinden dit ongehoord. Niet dat de dijk nu bij hoogwater direct zal doorbreken, maar de dijk is hierdoor wel kwetsbaarder geworden. Dag in dag uit werken wij er juist aan om dat te voorkomen. Een goede grasmat maakt een dijk minder kwetsbaar. Het is een beschermlaag voor de dijk en dus van groot belang. Wanneer we dit voorjaar nog te maken krijgen met hoogwater op de IJssel, moeten we misschien extra maatregelen treffen om verdere schade te voorkomen. Je kunt hierbij denken aan het aanbrengen van een bekramming. Dat is een soort grote dijkenpleister waarmee we de ‘wonden’ kunnen beschermen tegen golfslag.”
Het waterschap heeft besloten geen aangifte te doen van vernieling. Schutte nodigt de veroorzakers zelfs uit om mee te lopen met de dijkwacht om meer te leren over het belang van dijken en het voorkomen van schades. Hij zegt: “Ik zou het stoer vinden als de veroorzaker zich meldt. Of veroorzakers. We nodigen ze graag uit om eens mee te lopen met de dijkwacht en ze bij te praten over nut en noodzaak van dijken en het voorkomen van schades. Ik weet zeker dat ze het dan wel gaan inzien. En oh ja, zoals gebruikelijk bij ons, krijgen ze na afloop ook nog een drankje en een gehaktbal, net als alle andere dijkwachters.”